Max Weber (1864–1920): denker over godsdienst en kapitalisme

  • Hans Ester

Abstract

Na een enkele alinea van de Duitse geleerde Max Weber gelezen te hebben, weet iedereen dat Weber een fenomenale denker was. De onderwerpen die hij aansnijdt, zijn verrassend en de strategie van argumenteren is boeiend en veeleisend. Wie hierin mee wil denken, moet in de eerste plaats goed kunnen luisteren. Naar wie luisteren we wanneer vandaag over Weber wordt gesproken? Zoals in veel andere gevallen gebeurt, hebben wij in beschrijvingen van zijn ideeën met Max Weber in gereduceerde vorm te maken. De theoloog Ulrich Ruh uit het Duitse reiburg wees in zijn proefschrift Säkularisierung als Interpretationskategorie. Zur Bedeutung des christlichen Erbes in der modernen Geistesgeschichte uit 1980 al op de vernauwde visie op Max Weber in publicaties over hem. Ook de cultuurfilosoof HW von der Dunk wijst in zijn boek De verdwijnende hemel. Over de cultuur van Europa in de twintigste eeuw, deel 1 (Amsterdam, 2000) op de geringe, eenzijdige acceptatie van Webers werk in vergelijking met dat van Karl Marx en Sigmund Freud. Zeer veel publicaties zagen de afgelopen honderd jaar het licht over die ingrijpende ontwikkeling binnen de Westerse cultuur die “secularisatie” of “secularisering” heet. Steevast komt Weber als de vader van het secularisatie-onderzoek in beeld. Dat is niet geheel terecht en evenmin volkomen onterecht. De suggestie dat alles bij Weber om het begrip “Säkularisierung” draait, heeft in ieder geval krachtige nuancering nodig. In Webers onderzoek naar de geest van het kapitalisme en zijn religieuze wortels is het protestantisme één van de bepalende bestanddelen van de moderne kapitalistische geest. Nergens gaat Weber versimpelend te werk, zodat we geenszins met een korte bondige samenvatting van zijn werk in de vorm van een stelling zouden kunnen volstaan. Zelfs Webers opvatting dat er een bepaalde verhouding is tussen zekere richtingen (het puritanisme, het calvinisme) binnen het protestantisme en de geest van het kapitalisme is zo ingekrompen dat de oorspronkelijke betekenis is aangetast. Weber verlangt meedenken en nuancering, geen gemakzuchtig uittreksel. De Nederlandse filosoof en socioloog AJ Nijk had al voordat Ruh dat deed op deze vertekening gewezen in zijn schitterende dissertatie Secularisatie. Het gebruik van een woord uit 1968. Nijk zegt daarin over het gebruik van “secularisering” en “secularisatie” bij Weber: “Waar de termen voorkomen maken zij de indruk argeloos gebruik te zijn; hun betekenis kan wisselen en wordt niet scherp omlijnd. Dat is veelzeggend bij een auteur die zich in hetzelfde werk [over economie en samenleving] zo uitermate veel moeite heeft getroost tot methodische en vooral ook tot terminologische helderheid te geraken” (Nijk 1968:30). Met het noemen van de terminologische helderheid bij Weber heeft Nijk helemaal gelijk. Het afleggen van verantwoording over alles wat je als mens in het leven doet, was Max Weber met de paplepel ingegoten. Zijn vader was een telg uit een geslacht van textielfabrikanten uit het tot Pruisen behorende Bielefeld in Westfalen. Zijn moeder was van Hugenoten afkomst. Max Weber senior was een en al correctheid, als jurist en als politicus in Berlijn. Het geloof zei hem niet veel. Helene Weber had in tegenstelling tot haar man een diep innerlijk geloof dat haar geestelijke oriëntatie volledig bepaalde. Zelfs haar opvatting van de geslachtsgemeenschap als zondige handeling die slechts aanvaardbaar was met het oog op het voortbrengen van nageslacht was een uitvloeisel van haar geloof. Zij probeerde dit piëtistische geloof op haar oudste zoon over te dragen, maar dat gelukte slechts tijdelijk. Max Weber hield zich wel zijn hele leven met geloof en religie bezig, maar eerder vanuit vragen naar de relatie tussen geloof, zingeving en sociaal-politieke ontwikkelingen dan vanuit een persoonlijke beleving van de geloofsinhoud.

Author Biography

Hans Ester

Nijmegen, Nederland

Published
2021-09-09
Section
Essay